Vandaag kwam ik op bibliotheek 2.0 een bericht tegen over het maken van een avatar via de site voki.com. Het maken van een avatar staat niet op het 23 dingen programma. Maar mijn nieuwschierigheid was toch geprikkeld. Via Voki is het vrij gemakkelijk om er eentje in elkaar te flantsen. Het resultaat zie je rechtsboven in mijn blog. Ok hij ziet er wat knapper uit dan ik :-) Je avatar kun je zelfs uitrusten met je eigen stem. Grappig. Klik hier voor nog meer voorbeelden van avatars.
Voki is van het bedrijf Oddcast, een bedrijf wat zich richt op sociale media en ze maken o.a. ook professionele avatars. Als je op de Voki site bent en klikt op de play button kun je ook nog een aantal andere soorten avatars maken. Ik heb zelf de botbuilder en de virtual you geprobeerd. Kun je ook allebei leuke en creatieve dingen mee doen. Het lijkt spielerei maar je kunt ook serieuzere dingen met een avatar doen in bijvoorbeeld het onderwijs. Bekijk eens de site steffie.nl waar een avatar gebruikt wordt.
Maar ook in de dienstverlening van de bibliotheek zou je een avatar kunnen inzetten. De techniek schijnt namelijk al zo ver te zijn dat je 'echt' kunt communiceren met zo'n avatar. De avatar is eigenlijk maar een voorfrontje die je kan veranderen in allerlei gedaantes. Aan de achterkant zit een zgn. chatbot of webassistent. Een voorbeeldje van zo'n chatbot, Alice genaamd, vind je hier (zonder avatar). Op de site van het bedrijf selfservicecompany vind je ook een aantal voorbeelden. Al kan ik ze niet meer allemaal terugvinden op de site waar ze zouden moeten werken. Toch weer afgedankt en ingeruild voor echt personeel? ;-) Gelukkig vind je op site van Ikea nog de vriendelijke Anne die je met raad en daad kan bijstaan. Of bekijk en probeer een Billy, de virtuele assistent van Bol.com
Een tijdje geleden is er een landelijke Al@din proef (één van de trekkers was bibliotheekhuis Limburg) geweest waarbij een chatbot je 'te woord' kan staan en probeert je gericht naar een antwoord toe te sturen. Het werkt eigenlijk als volgt. Je typt een vraag in en de chatbot probeert daarna je vraag te analyseren. Aan de hand van de woorden die je intikt gaat men dan op zoek naar het antwoord in de antwoordendatabank waar allerlei antwoorden liggen opgeslagen. Ik weet eigenlijk niet of de proef nog steeds online is. Ook bij de VNG heeft men plannen voor een chatbot of webassistent. Misschien, in de toekomst, wel het einde van de persoonlijke vraagafhandeling.
dinsdag 30 maart 2010
maandag 29 maart 2010
Toch niets aan mijn fiets hangen
Heb ik jullie laten schrikken? :-) Ok ik zal het eerlijk bekennen ik ben niet de Person of the Year 2010. Dit was een oefening voor ding 8 waar we moeten werken met zogenaamde image generators. Ik heb er van de hele lijst een aantal bekeken en met vier ben ik echt aan de slag gegaan. Ik ben er eerlijk in het is niet echt mijn ding.
De eerste is Sign generator waar je een foto met teksten kunt bewerken. Mijn creatie vind je aan de rechterkant van mijn blog. De Google foto met daarbij de 'filosofische' tekst: 'Wat heeft Google wat wij niet hebben'. Ik ben benieuwd naar jullie reacties op deze vraag. Het 'wij' slaat natuurlijk op de bibliotheken.
De tweede generator vond ik grappiger. Op de site Sillywebcam.com kun je allerlei foto's manipuleren (bijv. een afbeelding van Time Magazine en via je webcam je eigen persoontje erbij plaatsen. Daarna heb ik er via fotoaanpassen.nl er een tekstje bijgezet. En klaar was kees.
Ik wilde ook nog Snippy uitproberen. Helaas werkt deze niet met Vista en alleen maar onder Windows XP. Ik kreeg namelijk een zwart scherm zodra ik wilde gaan knippen. Een tip voor een soortgelijk programma vind je op de site van Computeridee en zit standaard in Vista. Een dergelijk programmaatje is reuze handig als je iemand snel wilt attenderen en een stukje (digitale) informatie wilt meegeven. Iets waar een bibliotheekmedewerker zeker iets aan heeft.
Er zijn natuurlijk ontzettend veel image generators. De een wat gemakkelijk in gebruik dan de ander. Ze zijn zeker bruikbaar bij ons werk bijvoorbeeld om promotiemiddelen te maken of om onze klanten gemakkelijk informatie mee te geven. Op onze nieuwe publiekpc's zit ook standaard Windows Vista (eindelijk) en hebben al onze klanten de beschikking over het Vista knipprogramma.
Overigens kun je met dit soort programma's ook foto's manipuleren. Al heb je daar wel, denk ik, wat meer kennis voor nodig en misschien ook wel betere software. Zo werkte ik in een ver verleden (begin jaren 90)bij het Limburgs Dagblad als documentalist en fotoshopten we voor de grap wel eens een persfoto bijvoorbeeld bij de foto van een gebalde vuist, die door een Palestijn op een (Israelische?) muur was gepaintbrushed maakten we een hand waar de middelvinger van omhoog stak. Net echt! We hebben de foto toch maar niet geplaatst :-) Andere voorbeelden van manipulatie vind je hier.
De eerste is Sign generator waar je een foto met teksten kunt bewerken. Mijn creatie vind je aan de rechterkant van mijn blog. De Google foto met daarbij de 'filosofische' tekst: 'Wat heeft Google wat wij niet hebben'. Ik ben benieuwd naar jullie reacties op deze vraag. Het 'wij' slaat natuurlijk op de bibliotheken.
De tweede generator vond ik grappiger. Op de site Sillywebcam.com kun je allerlei foto's manipuleren (bijv. een afbeelding van Time Magazine en via je webcam je eigen persoontje erbij plaatsen. Daarna heb ik er via fotoaanpassen.nl er een tekstje bijgezet. En klaar was kees.
Ik wilde ook nog Snippy uitproberen. Helaas werkt deze niet met Vista en alleen maar onder Windows XP. Ik kreeg namelijk een zwart scherm zodra ik wilde gaan knippen. Een tip voor een soortgelijk programma vind je op de site van Computeridee en zit standaard in Vista. Een dergelijk programmaatje is reuze handig als je iemand snel wilt attenderen en een stukje (digitale) informatie wilt meegeven. Iets waar een bibliotheekmedewerker zeker iets aan heeft.
Er zijn natuurlijk ontzettend veel image generators. De een wat gemakkelijk in gebruik dan de ander. Ze zijn zeker bruikbaar bij ons werk bijvoorbeeld om promotiemiddelen te maken of om onze klanten gemakkelijk informatie mee te geven. Op onze nieuwe publiekpc's zit ook standaard Windows Vista (eindelijk) en hebben al onze klanten de beschikking over het Vista knipprogramma.
Overigens kun je met dit soort programma's ook foto's manipuleren. Al heb je daar wel, denk ik, wat meer kennis voor nodig en misschien ook wel betere software. Zo werkte ik in een ver verleden (begin jaren 90)bij het Limburgs Dagblad als documentalist en fotoshopten we voor de grap wel eens een persfoto bijvoorbeeld bij de foto van een gebalde vuist, die door een Palestijn op een (Israelische?) muur was gepaintbrushed maakten we een hand waar de middelvinger van omhoog stak. Net echt! We hebben de foto toch maar niet geplaatst :-) Andere voorbeelden van manipulatie vind je hier.
Wat heb ik nou aan mijn fiets hangen?!
De inleiding wil ik jullie niet onthouden:
Person of the Year 2010 Bart Linssen. Wonderboy from Hoensbroek. World traveller, explorer, bourgondic cycler and information broker lead the peacefull revolution against Google. Surfing the internet he battled 23 Things. Boldly where no man has gone before.
Tsja daar word je wel even stil van. Teveel eer voor zo'n persoontje als ik. Klik hier voor het hele artikel ;-)
testje werkt niet
testje schijnt niet te werken. En meerdere mensen schijnen hetzelfde probleem te hebben. Nog maar eens verder zoeken.
Twitterfeed werkt niet altijd
In één van mijn vorige posts schreef ik over Twitterfeed. Een handig online programmaatje om rss feeds door te sturen naar een Twitteraccount. Hier en daar las ik al dat het niet altijd werkt. En ja hoor. Verdorie dat is nou ook bij mij het geval. Twitterfeed stuurt namelijk de rss feeds van mijn eigen blog niet door naar mijn Twitter.
Even op Google gezocht en daar komen ze met de oplossing om de rss feeds eerst in Feedburner om te zetten. De nieuwe rss feed die dan ontstaat weer plaatsen in Twitterfeed. Ik ben benieuwd. Dit berichtje is dan ook een test :-)
Even op Google gezocht en daar komen ze met de oplossing om de rss feeds eerst in Feedburner om te zetten. De nieuwe rss feed die dan ontstaat weer plaatsen in Twitterfeed. Ik ben benieuwd. Dit berichtje is dan ook een test :-)
zondag 28 maart 2010
Mijn ervaringen met Twitter
Ik twitter al een klein jaartje denk ik. In het begin puur uit nieuwschierigheid. Overal las en hoorde ik over dit 'nieuwe' internet fenomeen. Een twitteraccount was dan ook snel gemaakt. Zelf ben ik niet zo'n twitteraar al heb ik deze week de mijlpaal van 1000 tweets gehaald. Over hoe ik dat voor elkaar gespeelt heb kun je lezen op mijn post over RSS op dit blog. Ik gebruik Twitter meer om bepaalde mensen te volgen. In het begin volgde ik er veel te veel en kon door de bomen het bos niet meer zien. Maar al doende leer je en ik volg nu een aantal interessante mensen op het gebied van de bibliotheek en internetmarketing. Voor mij is Twitter dan ook voornamelijk een manier om geattendeerd te worden en bij te blijven op mijn eigen vakgebied(en).
Centre Céramique en Twitter
Heeft Centre Céramique wat aan een Twitter account? Ik denk dat we deze web 2.0 tool niet aan ons kunnen laten voorbij gaan. Sterker nog ik heb alvast een twitter account aangemaakt voor Centre Céramique. Op dit moment twitteren we alleen zaken die op onze site veranderen, zoals de agenda, en informatie van Literatuurplein.
Volgens mij dient Centre Céramique te twitteren omdat we meer traffic moeten genereren naar onze website en we vergroten ook hiermee onze naamsbekendheid. Niet alleen omdat mensen onze kunnen volgen via Twitter maar ook omdat tweets steeds vaker opgenomen worden in de zoekresultaten van Google. Verder is het een manier om direct te kunnen communiceren met onze (potentiële) klanten. Zeg maar gerust het opbouwen van een community.
Waarover zouden we dan kunnen twitteren?
Actief of passief twitteren?
Centre Céramique zal goed moeten denken of we nu passief, actief (of misschien wel allebei) gaan twitteren.
Hoeveel tweets?
Dat vind ik moeilijk om te beantwoorden. We dienen er in ieder geval voor te zorgen dat we onze volgers (followers) niet bombarderen met tweets. Het gevaar van spammen ligt dan op de loer. Want teveel tweets dan worden ze gek van Centre Céramique :-) en stoppen ze met volgen maar indien we te weinig twitteren dan is er geen reden om ons überhaubt te volgen.
Meer informatie?
Ik vond vooral de video's op het blog van Wilma van den Brink interessant. Maar die hebben jullie vast wel gezien op de 23 dingen site.
Conclusie
Ondanks dat het redelijk eenvoudig is om een twitteraccount op te zetten en om te twitteren kost het natuurlijk toch wel werk. Je dient bijvoorbeeld bij te houden of mensen reageren op je tweets (en je dient dan natuurlijk terug te reageren!) en wie abonneren zich nu eigenlijk op ons Twitter account. Maar al met al is Twitter een manier om gratis, tenminste op dit moment nog, een leuke nieuwe dienstverlening op te zetten. Lees ook eens de blog van Jeroen Bertrams over hoe we meer twittervolgers kunnen krijgen.
Centre Céramique en Twitter
Heeft Centre Céramique wat aan een Twitter account? Ik denk dat we deze web 2.0 tool niet aan ons kunnen laten voorbij gaan. Sterker nog ik heb alvast een twitter account aangemaakt voor Centre Céramique. Op dit moment twitteren we alleen zaken die op onze site veranderen, zoals de agenda, en informatie van Literatuurplein.
Volgens mij dient Centre Céramique te twitteren omdat we meer traffic moeten genereren naar onze website en we vergroten ook hiermee onze naamsbekendheid. Niet alleen omdat mensen onze kunnen volgen via Twitter maar ook omdat tweets steeds vaker opgenomen worden in de zoekresultaten van Google. Verder is het een manier om direct te kunnen communiceren met onze (potentiële) klanten. Zeg maar gerust het opbouwen van een community.
Waarover zouden we dan kunnen twitteren?
- Waar zijn we als Centre Céramique op dit moment mee bezig? Bijvoorbeeld het inrichten van een nieuwe balie of het plaatsen van een sorteerrobot
- Aankondigen van nieuwe producten en diensten bijv. de start van een nieuwe cursus, aanwinsten of het uitlenen van e-books
- Het delen van interessante ontwikkelingen op ons vakgebied bijvoorbeeld literaire ontwikkelingen of informatie over Limburgse geschiedenis
- Het doen van aanbiedingen. Bijvoorbeeld vrijkaartjes voor een evenement
- Verkopen. Bijvoorbeeld producten uit onze 'winkel'
- Een vraag stellen aan de mensen die ons volgen via Twitter
- Ieder andere nuttige opmerking voor onze volgers
Actief of passief twitteren?
Centre Céramique zal goed moeten denken of we nu passief, actief (of misschien wel allebei) gaan twitteren.
- Passief twitteren. Ik schreef hier al over in mijn eerdere post over RSS feeds. Zonder er al teveel tijd in te steken kan Twitter gebruikt worden als kanaal voor informatie die de bibliotheek op ook op andere web 2.0 sites aanbiedt zoals bijvoorbeeld nieuwe foto's op Flickr, een nieuwe link of databank die we geplaatst hebben in onze Delicious, een nieuwe post op één van onze blogs of we twitteren we bijvoorbeeld de agenda die te vinden is op onze eigen site. Dit alles kan automatisch geregeld worden met twitterfeed.com.
- Actief twitteren. Bovenstaande passieve manier van twitteren kan worden aangevuld met losse, persoonlijkere berichten indien we dat tenminste als organisatie willen.
Hoeveel tweets?
Dat vind ik moeilijk om te beantwoorden. We dienen er in ieder geval voor te zorgen dat we onze volgers (followers) niet bombarderen met tweets. Het gevaar van spammen ligt dan op de loer. Want teveel tweets dan worden ze gek van Centre Céramique :-) en stoppen ze met volgen maar indien we te weinig twitteren dan is er geen reden om ons überhaubt te volgen.
Meer informatie?
Ik vond vooral de video's op het blog van Wilma van den Brink interessant. Maar die hebben jullie vast wel gezien op de 23 dingen site.
Conclusie
Ondanks dat het redelijk eenvoudig is om een twitteraccount op te zetten en om te twitteren kost het natuurlijk toch wel werk. Je dient bijvoorbeeld bij te houden of mensen reageren op je tweets (en je dient dan natuurlijk terug te reageren!) en wie abonneren zich nu eigenlijk op ons Twitter account. Maar al met al is Twitter een manier om gratis, tenminste op dit moment nog, een leuke nieuwe dienstverlening op te zetten. Lees ook eens de blog van Jeroen Bertrams over hoe we meer twittervolgers kunnen krijgen.
Mijn ervaringen met Flickr
De fotosite Flickr gebruik ik al enige jaren. Ik kreeg er genoeg van om steeds mijn vakantiefoto's in te plakken en begon ze op mijn eigen homepage te plaatsen. Zo konden ook al mijn vrienden, familieleden en kennissen mijn vakanties mee beleven. Al snel kwam ik op mijn homepage aan mijn opslaglimiet en ging dus op zoek naar een goedkoper alternatief. Dit werd Flickr. Ik ben gestart met een gratis account maar na enige tijd ben ik toch overgestapt op een betaalde versie (Pro account). Voor circa 25 dollar per jaar kun je een jaar lang onbeperkt foto's uploaden naar je Flickr site. Ga je meteen voor 2 jaar dan is het nog goedkoper! Als bibliothecaris wil je toch je foto's netjes ordenen in sets en die mogelijkheid was beperkt tot 3 sets bij de gratis Flickr versie. Ook was er bij de gratis versie een upload limiet.
Voordelen van Flickr
Flickr voor Centre Céramique?
Ik ben van mening dat Flickr zeker een meerwaarde kan zijn voor een bibliotheek dus ook voor Centre Céramique. Er zijn al een heleboel bibliotheken die hun foto's op Flickr plaatsen zoals bijvoorbeeld The Library of Congress, de bibliotheek van het Vredespaleis of dichter bij huis de Heuvellandbibliotheken. Centre Céramique heeft ook al een gratis account maar ik denk dat we snel moeten overgaan op een betaalde versie want alleen dan kunnen we er echt werk van maken. Momenteel maken we al ontzettend veel foto's maar die zetten we op onze eigen server. M.a.w. alleen voor intern gebruik en ze worden volgens mij nog nauwelijks bekeken. Ook als je naderhand een foto wilt terugzoeken is deze manier van opbergen niet erg handig. Doordat je met Flickr ook heel goed omschrijvingen bij foto's kunt plaatsen en er ook een trefwoord (tag) aan kunt toekennen zijn deze ook veel beter vindbaar. Dus zelfs als je je foto's niet aan de boze buitenwereld wilt tonen is het vanwege de vindbaarheid al een hele verbetering om de foto's op Flickr te plaatsen.
Momenteel hebben we dus al veel erfgoedmateriaal wat op Flickr gezet kan worden. Dit zit momenteel in de systemen Adlib en CONTENTdm. Het nadeel is echter dat Flickr geen mogelijkheid biedt om metadata (beschrijvingen van de objecten) vanuit onze systemen te importeren. Tenminste ik heb het niet kunnen vinden. Wel is er een software programma waarmee je veel foto's tegelijk kunt uploaden. Dat betekent dus knip en plakwerk. Al met al denk ik toch al snel 5 minuten werk per object.
Conclusie
Flickr biedt vele mogelijkheden om ons als Centre Céramique beter te profileren. Een betaald abonnement (Pro account) is zeker geen weggegooid geld. Tenminste als we als organisatie tijd willen vrij willen maken voor het plaatsen van onze foto's op Flickr.
Voordelen van Flickr
De voordelen van Flickr zijn talrijk. Het is goedkoper dan je foto's te plaatsen op een 'gewone' site. Je kunt eenvoudig rechten toekennen aan foto's. Dus wil je een foto niet zichtbaar hebben voor het grote publiek dan kun je deze afschermen en/of uitnodigingen versturen aan mensen aan wie je wel deze bewuste foto wilt laten zien. Je kunt foto's delen met anderen die hun foto's op Flickr plaatsen. Ik ben bijvoorbeeld in december in Suriname op fietsvakantie geweest en een aantal van die foto's zijn ook zichtbaar in de groep Suriname Pictures. Zo kun je je foto's ook attenderen aan mensen die dezelfde interesses hebben en worden je foto's ook bekeken door mensen waarvan je het bestaan helemaal niet kent. Ook kunnen mensen reageren op je foto's en aanvullingen geven. Verder is Flickr een leuke site om foto's te zoeken. Ik ben zelfs al een paar keer benaderd of ze mijn foto mochten gebruiken voor andere doeleinden. Ook kun je je foto's op allerlei manieren hergebruiken en presenteren. Zie hiervoor ding 7.
Flickr voor Centre Céramique?
Ik ben van mening dat Flickr zeker een meerwaarde kan zijn voor een bibliotheek dus ook voor Centre Céramique. Er zijn al een heleboel bibliotheken die hun foto's op Flickr plaatsen zoals bijvoorbeeld The Library of Congress, de bibliotheek van het Vredespaleis of dichter bij huis de Heuvellandbibliotheken. Centre Céramique heeft ook al een gratis account maar ik denk dat we snel moeten overgaan op een betaalde versie want alleen dan kunnen we er echt werk van maken. Momenteel maken we al ontzettend veel foto's maar die zetten we op onze eigen server. M.a.w. alleen voor intern gebruik en ze worden volgens mij nog nauwelijks bekeken. Ook als je naderhand een foto wilt terugzoeken is deze manier van opbergen niet erg handig. Doordat je met Flickr ook heel goed omschrijvingen bij foto's kunt plaatsen en er ook een trefwoord (tag) aan kunt toekennen zijn deze ook veel beter vindbaar. Dus zelfs als je je foto's niet aan de boze buitenwereld wilt tonen is het vanwege de vindbaarheid al een hele verbetering om de foto's op Flickr te plaatsen.
Enkele mogelijkheden die ik zo snel bedenk waarvoor we Flickr kunnen inzetten:
- Fotoreportages van onze tentoonstellingen
- Een rondleiding door Centre Céramique. Het maken van een fotoreportage over Centre Céramique.
- Fotoreportage van een evenement / activiteit of lezing. Iedereen die een activteit organiseert dient hier een reportage van te maken. Een vraag die we ons dan wel moeten stellen is 'Hoe om te gaan met foto's waar publiek op staat?' Als we foto's van activiteiten gaan plaatsen dan betekent dat er ook publiek op kan staan. Het is natuurlijk niet te doen om aan iedereen toestemming te vragen. Maar er is ook nog zoiets als portretrecht. Van de andere kant is het tegenwoordig, volgens mij, algemeen geaccepteerd dat er foto's van mensen worden gemaakt. Kijk maar eens op de sites van discotheken, hyves profielen en mobieltjes die te pas en te onpas gebruikt worden. M.a.w. de grenzen zijn wel aan het vervagen. Desalniettemin is het wel zaak om hiervoor na te denken.
- Personeelsfeest (uiteraard afgeschermd)
- Topstukken uit onze erfgoedcollecties (bijv. Sphinx, Japanse prenten, schoolplaten, oude boeken)
Momenteel hebben we dus al veel erfgoedmateriaal wat op Flickr gezet kan worden. Dit zit momenteel in de systemen Adlib en CONTENTdm. Het nadeel is echter dat Flickr geen mogelijkheid biedt om metadata (beschrijvingen van de objecten) vanuit onze systemen te importeren. Tenminste ik heb het niet kunnen vinden. Wel is er een software programma waarmee je veel foto's tegelijk kunt uploaden. Dat betekent dus knip en plakwerk. Al met al denk ik toch al snel 5 minuten werk per object.
Conclusie
Flickr biedt vele mogelijkheden om ons als Centre Céramique beter te profileren. Een betaald abonnement (Pro account) is zeker geen weggegooid geld. Tenminste als we als organisatie tijd willen vrij willen maken voor het plaatsen van onze foto's op Flickr.
vrijdag 26 maart 2010
Award digitale bibliotheek
Afgelopen donderdag was ik aanwezig op het congres DB Update 2010. Het was een boeiende en vermoeiende dag met vele interessante sprekers en natuurlijk de plek om andere collega's uit het bibliotheekwezen te ontmoeten. Wellicht dat ik mijn aantekeningen nog op dit blog ga plaatsen.
Tijdens het congres nam Alice de Jong van de Bibliotheek van het Vredespaleis de Award Digitale Bibliotheek van het Jaar 2010 in ontvangst. De jury is van mening dat de Bibliotheek van het Vredespaleis erin geslaagd is om een uitstekende en veelzijdige digitale bibliotheek te bouwen. Meer informatie uit het juryrapport is hier te vinden. Ik kan dit alleen maar beamen en ik zou zeker eens een kijkje nemen op de site van de winnaar. Ik daag jullie uit hoeveel van de 23 dingen kunnen jullie vinden? :-)
Andere genomineerden waren:
- Bibliotheek Hoogeveen
- Bibliotheek Oss
- Bibliotheek Midden-Brabant
- Bibliotheek Waterweg (Schiedam)
Als enige kanttekening werd gegeven dat geen enkele kandidaat een mobiele versie van hun site heeft. Inderdaad het aantal mobieltjes met internettoegang groeit hard.
De jury gaf ook een opsteker aan het prototype digitale bibliotheek dat ontwikkeld werd door de Projectgroep Bibliotheekinnovatie en nu doorontwikkeld wordt door de mensen van Bibliotheek.nl tot een landelijke webpresence voor bibliotheken. De demo is te bekijken op http://pot2.valkenzande.nl/dibi/portal/.
Google AdWords
Een logisch vervolg op mijn vorige post over SEO is Google Adwords.
Iedereen kent ze wel de gesponsorde koppelingen rechts naast en boven de normale zoekresultaten in Google. Met dit advertentieprogramma van Google, is het mogelijk om online vindbaar te worden op basis van relevante zoekwoorden. Meer informatie op de site van Google Adwords.
Je kunt tegenwoordig geen tijdschrift openslaan of er valt een AdWords-voucher uit. Ik heb er de afgelopen 3 weken al weer twee thuis ontvangen. Voor vijftig euro gratis advertentiekliks, wie wil dat niet? Het enige dat je hoeft te doen is het aanmaken van een AdWords-accounts. Bibliotheken hebben veel tijdschriften in hun collectie dus grote kans dat er regelmatig wel een gratis voucher bijzit ;-) Handig om in ieder geval ervaring met deze manier van online adverteren op te doen. En wie weet als de resultaten positief zijn een gedeelte van het promotiebudget hier voor in te zetten.
Hoe ga je te werk? Google zelf heeft hiervoor een eigen handleiding maar wil je meer weten dan is het misschien toch raadzaam om er een boekje over te lezen zoals bijvoorbeeld: 'Scoren met Google Adwords'. Jammer genoeg niet te vinden in bibliotheek.nl. Misschien wel veelzeggend.
Ik kan me dus bijvoorbeeld voorstellen dat we met Bieblink gaan adverteren bij Google. Of om het maar eens dichter bij huis te pakken. We gaan in de nabije toekomst met ebooks beginnen in Centre Céramique en gaan dan bijvoorbeeld adverteren met de woorden 'gratis' en 'e-books'. Als ik die zoekopdracht in toets in Google zie ik nu drie gesponsorde links. Wellicht staan we hier in de toekomst ook wel bij ;-) In mijn ogen is Google Adwords in ieder geval het proberen waard om online daar aanwezig te zijn waar ook onze vaste maar ook zeker onze nieuwe klanten zich bevinden.
Iedereen kent ze wel de gesponsorde koppelingen rechts naast en boven de normale zoekresultaten in Google. Met dit advertentieprogramma van Google, is het mogelijk om online vindbaar te worden op basis van relevante zoekwoorden. Meer informatie op de site van Google Adwords.
Je kunt tegenwoordig geen tijdschrift openslaan of er valt een AdWords-voucher uit. Ik heb er de afgelopen 3 weken al weer twee thuis ontvangen. Voor vijftig euro gratis advertentiekliks, wie wil dat niet? Het enige dat je hoeft te doen is het aanmaken van een AdWords-accounts. Bibliotheken hebben veel tijdschriften in hun collectie dus grote kans dat er regelmatig wel een gratis voucher bijzit ;-) Handig om in ieder geval ervaring met deze manier van online adverteren op te doen. En wie weet als de resultaten positief zijn een gedeelte van het promotiebudget hier voor in te zetten.
Hoe ga je te werk? Google zelf heeft hiervoor een eigen handleiding maar wil je meer weten dan is het misschien toch raadzaam om er een boekje over te lezen zoals bijvoorbeeld: 'Scoren met Google Adwords'. Jammer genoeg niet te vinden in bibliotheek.nl. Misschien wel veelzeggend.
Ik kan me dus bijvoorbeeld voorstellen dat we met Bieblink gaan adverteren bij Google. Of om het maar eens dichter bij huis te pakken. We gaan in de nabije toekomst met ebooks beginnen in Centre Céramique en gaan dan bijvoorbeeld adverteren met de woorden 'gratis' en 'e-books'. Als ik die zoekopdracht in toets in Google zie ik nu drie gesponsorde links. Wellicht staan we hier in de toekomst ook wel bij ;-) In mijn ogen is Google Adwords in ieder geval het proberen waard om online daar aanwezig te zijn waar ook onze vaste maar ook zeker onze nieuwe klanten zich bevinden.
zondag 21 maart 2010
Zoekmachine optimalisatie voor bibliotheekwebsites
Afgelopen jaar heb het 2-daagse congres Search Engine Strategies bijgewoond. Helaas had ik er dit jaar geen tijd voor en deelname is ook nog al prijzig. Maar sinds die tijd ben ik toch wat meer geinteresseerd geraakt in zoekmachine optimalisatie oftewel SEO. Ook bij Startpagina.nl waar ik een tweetal dochterpagina's (eu.startpagina.nl en zorgverzekering.startpagina.nl) beheer heb ik een en ander geleerd over zoekmachine optimalisatie. Al ben ik zeker geen deskundige op dit gebied. Toch kun je eenvoudig door bepaalde aanpassingen op je site al betere resultaten halen. Niet alleen mijn startpaginadochters maar ook de erfgoedcollecties die te vinden zijn op de site van Centre Ceramique kreeg ik uiteindelijk hoger in de Google zoekresultaten. Al kan het altijd beter ;-) Ik heb het gevoel dat het jarenlang in de bibliotheekwereld een ondergeschikt (of onbekend?) kindje is geweest maar langzaam maar zeker dringt het besef door dat hier nog wat te winnen valt. Laatst bij een presentatie van bibliotheek.nl in Sittard werd in ieder geval verteld dat men hier meer aandacht aan gaat besteden. Een goede zaak! Maar ook dichter bij huis, bijvoorbeeld onze eigen bibliotheeksites, kunnen we zeker nog winst boeken.
Wat is SEO precies?
Een zoekopdracht met de keyword SEO levert op Google ruim 195 miljoen hits op. SEO oftwel
Zoekmachine optimalisatie is het geheel aan activiteiten bedoeld om een webpagina hoog te laten scoren in de reguliere zoekresultaten van een zoekmachine, op voor de webpagina relevante zoektermen. De positie van een website in een zoekmachine is afhankelijk van meer dan 100 factoren. Inmiddels is er eigenlijk maar één zoekmachine die er toe doet: Google. In het NRC Handelsblad stond ooit; "Een hoge score in Google is als een winkel op een A-locatie".
Hoe wordt een (bibliotheek)site gevonden?
Google (of een andere zoekmachine) doorzoekt alle webpagina’s middels een spider. Een spider is te vergelijken met een hele eenvoudige web browser die alle webpagina’s bekijkt en op de links “klikt” om vervolgens deze webpagina op te slaan in een database. Vanuit deze database gaat Google de positie bepalen in de zoekresultaten, hiervoor gebruikt het een zogenaamd algoritme. Dit algoritme is één grote berekening met alle factoren die een rol spelen voor de positie van een website in de zoekresultaten.
Een site moet aan drie voorwaarden voldoen om goed vindbaar te zijn bij zoekmachines:
1. Technisch: de site mag geen blokkades hebben voor de spider van de zoekmachine. Daarnaast moet de informatie op de site zodanig geordend zijn dat de zoekmachine de inhoud goed kan begrijpen.
2. Optimale content: er moet voldoende tekst zijn, waarin de zoektermen zijn verwerkt die je doelgroep in zoekmachines invoert.
3. Hoge linkpopulariteit/ Autoriteit: dit is een externe factor die erg belangrijk is voor een goed vindbare site. Hoe relevant zijn de sites die naar jou linken, hebben deze sites veel autoriteit (bestaan ze al lang en weten ze daardoor waar ze over praten).
Waar heb je als webmaster invloed op?
Een zoekrobot kijkt naar vele tientallen eigenschappen van een webpagina om het onderwerp en relevantie te bepalen. Welke eigenschappen zijn nu belangrijk?
1. Paginatitel
De paginatitel wordt door de browser in de bovenbalk in het scherm getoond. Een correcte paginatitel mag maximaal uit 68 karakters bestaan en noem in de titel de belangrijkste één of twee keywords voor je pagina. De content van iedere pagina is uniek dus iedere paginatitel ook!
2. Keyword analyse
Met deze analyse kan je controleren hoe vaak wordt gezocht op de zoekwoorden waarvan jij denkt dat deze belangrijk zijn voor je site. Je kunt zo tot (verrassend) inzicht komen. Zoekwoorden waarvan je zelf denkt dat ze goed scoren, doen dit misschien wel minder dan je dacht. Terwijl woorden waarvan jij dacht dat er niet vaak op wordt gezocht, het misschien wel goed doen. Op basis van de zoekwoord analyse kan je bepalen welke zoekwoorden jij voor je site wilt gebruiken. In feite doe je met een zoektermen analyse niks anders dan het afstemmen van je website op het zoekgedrag van de gebruiker. Het geeft antwoord op de vraag: Hoe zoeken gebruikers ('bibliotheek' of 'bieb', 'games' of 'spelletjes')? Google heeft een zeer handige tool waarmee je kan kijken welke zoektermen bezoekers gebruiken om op een website terecht te komen. Hoe zet je de bovenstaande keyword analyse in op je site? Dit kan op drie manieren namelijk door 'keyword density', 'metatag description' en 'meta keyword tag'.
• Keyword density (zoektermen dichtheid). Een hoge zoektermen dichtheid, dus hoe vaak een zoekterm of een combinatie van zoektermen voorkomt op je site, kan invloed hebben op je positie in de zoekmachines. Een richtlijn die wordt aangehouden voor een goede keyword density is tussen de 2,5 % en 5%. Je kunt de keyword density van je site controleren door deze tool te gebruiken. Hier kun je je site invoeren waarna wordt berekend welke zoektermen (of combinaties) het meest voorkomen op je site. Dit staat in procenten aangegeven. Aan de hand hiervan kan je dus kijken of de door jouw gekozen zoektermen vaker op je site moet laten voorkomen of juist minder vaak.
• Metatag description. De meta tag description is de tekst die onder de URL staat bij de zoekresultaten van Google. Hieronder een voorbeeld als je in Google zoekt op 'Centre Ceramique'.
Deze korte beschrijving gebruikt Google bij het weergeven van je site in de zoekresultaten. Wanneer de korte omschrijving niet is ingevuld maakt Google zelf een beschrijving. Het gebruikt hiervoor de teksten die op je pagina vermeld staan. Het is veel beter om zelf deze beschrijving van je site in te vullen. Waarom? Staat hier een passende aantrekkelijke tekst dan beïnvloedt dit het klikgedrag van een gebruiker en dus het aantal bezoekers vanuit de zoekmachine. Een goede beschrijving mag niet langer zijn dan 150 karakters. Laat de belangrijkste 2 zoektermen terugkomen en verwerk deze in een goed leesbare en pakkende tekst. Geef dus geen opsomming van enkel zoektermen!!! Ook voor het kiezen van de juiste zoektermen voor de korte omschrijving kan je als hulpmiddel weer de zoektermen suggestie tool gebruiken.
• Meta keyword tag. Bij je site heb je de mogelijkheid om zoektermen op te geven. Deze zoektermen worden gebruikt door sommige zoekmachines om te bepalen waar je pagina over gaat. Google kijkt hier echter niet meer naar maar voor sommige zoekmachines kan het nog zinvol zijn dit veld in te vullen. Deze zoektermen zijn niet terug te vinden op je site zelf maar zijn alleen zichtbaar achter de schermen van je pagina. Gebruik maximaal 20 relevante zoektermen. Dus in het geval van Centre Ceramique gebruik je termen als “bibliotheek, tentoonstelling, expositie, Maastricht, catalogus, etc.
3. Linkbuilding
Wat ook een positief lange termijn effect kan hebben op je positie in Google is het verkrijgen van links bij externe websites. Let hierbij voornamelijk op dat een link vanaf een site over een vergelijkbaar onderwerp weegt zwaarder dan een link vanaf een willekeurige andere site. Bij het opbouwen van links is het daarom zeer belangrijk dat dit gebeurt vanaf relevante sites over een vergelijkbaar onderwerp. Bijvoorbeeld bibliotheken die naar elkaar doorverwijzen of doorlinken naar bibliotheek.nl.
Door iedere bovenstaande eigenschap zo optimaal mogelijk aan de zoekmachine te presenteren wordt de kans op het behalen van een goede positie en meer bezoek positief beïnvloed. Meer informatie is te vinden op 'Beginnershandleiding voor zoekmachineoptimalisatie (SEO) van Google' [pdf] en SEO Guru. Maar wil je echt scoren met SEO dan moet je toch de hulp inroepen van een echte deskundige. Maar goed dit laatste kost waarschijnlijk ook veel ping ping :-).
Wat is SEO precies?
Een zoekopdracht met de keyword SEO levert op Google ruim 195 miljoen hits op. SEO oftwel
Zoekmachine optimalisatie is het geheel aan activiteiten bedoeld om een webpagina hoog te laten scoren in de reguliere zoekresultaten van een zoekmachine, op voor de webpagina relevante zoektermen. De positie van een website in een zoekmachine is afhankelijk van meer dan 100 factoren. Inmiddels is er eigenlijk maar één zoekmachine die er toe doet: Google. In het NRC Handelsblad stond ooit; "Een hoge score in Google is als een winkel op een A-locatie".
Hoe wordt een (bibliotheek)site gevonden?
Google (of een andere zoekmachine) doorzoekt alle webpagina’s middels een spider. Een spider is te vergelijken met een hele eenvoudige web browser die alle webpagina’s bekijkt en op de links “klikt” om vervolgens deze webpagina op te slaan in een database. Vanuit deze database gaat Google de positie bepalen in de zoekresultaten, hiervoor gebruikt het een zogenaamd algoritme. Dit algoritme is één grote berekening met alle factoren die een rol spelen voor de positie van een website in de zoekresultaten.
Een site moet aan drie voorwaarden voldoen om goed vindbaar te zijn bij zoekmachines:
1. Technisch: de site mag geen blokkades hebben voor de spider van de zoekmachine. Daarnaast moet de informatie op de site zodanig geordend zijn dat de zoekmachine de inhoud goed kan begrijpen.
2. Optimale content: er moet voldoende tekst zijn, waarin de zoektermen zijn verwerkt die je doelgroep in zoekmachines invoert.
3. Hoge linkpopulariteit/ Autoriteit: dit is een externe factor die erg belangrijk is voor een goed vindbare site. Hoe relevant zijn de sites die naar jou linken, hebben deze sites veel autoriteit (bestaan ze al lang en weten ze daardoor waar ze over praten).
Waar heb je als webmaster invloed op?
Een zoekrobot kijkt naar vele tientallen eigenschappen van een webpagina om het onderwerp en relevantie te bepalen. Welke eigenschappen zijn nu belangrijk?
1. Paginatitel
De paginatitel wordt door de browser in de bovenbalk in het scherm getoond. Een correcte paginatitel mag maximaal uit 68 karakters bestaan en noem in de titel de belangrijkste één of twee keywords voor je pagina. De content van iedere pagina is uniek dus iedere paginatitel ook!
2. Keyword analyse
Met deze analyse kan je controleren hoe vaak wordt gezocht op de zoekwoorden waarvan jij denkt dat deze belangrijk zijn voor je site. Je kunt zo tot (verrassend) inzicht komen. Zoekwoorden waarvan je zelf denkt dat ze goed scoren, doen dit misschien wel minder dan je dacht. Terwijl woorden waarvan jij dacht dat er niet vaak op wordt gezocht, het misschien wel goed doen. Op basis van de zoekwoord analyse kan je bepalen welke zoekwoorden jij voor je site wilt gebruiken. In feite doe je met een zoektermen analyse niks anders dan het afstemmen van je website op het zoekgedrag van de gebruiker. Het geeft antwoord op de vraag: Hoe zoeken gebruikers ('bibliotheek' of 'bieb', 'games' of 'spelletjes')? Google heeft een zeer handige tool waarmee je kan kijken welke zoektermen bezoekers gebruiken om op een website terecht te komen. Hoe zet je de bovenstaande keyword analyse in op je site? Dit kan op drie manieren namelijk door 'keyword density', 'metatag description' en 'meta keyword tag'.
• Keyword density (zoektermen dichtheid). Een hoge zoektermen dichtheid, dus hoe vaak een zoekterm of een combinatie van zoektermen voorkomt op je site, kan invloed hebben op je positie in de zoekmachines. Een richtlijn die wordt aangehouden voor een goede keyword density is tussen de 2,5 % en 5%. Je kunt de keyword density van je site controleren door deze tool te gebruiken. Hier kun je je site invoeren waarna wordt berekend welke zoektermen (of combinaties) het meest voorkomen op je site. Dit staat in procenten aangegeven. Aan de hand hiervan kan je dus kijken of de door jouw gekozen zoektermen vaker op je site moet laten voorkomen of juist minder vaak.
• Metatag description. De meta tag description is de tekst die onder de URL staat bij de zoekresultaten van Google. Hieronder een voorbeeld als je in Google zoekt op 'Centre Ceramique'.
Deze korte beschrijving gebruikt Google bij het weergeven van je site in de zoekresultaten. Wanneer de korte omschrijving niet is ingevuld maakt Google zelf een beschrijving. Het gebruikt hiervoor de teksten die op je pagina vermeld staan. Het is veel beter om zelf deze beschrijving van je site in te vullen. Waarom? Staat hier een passende aantrekkelijke tekst dan beïnvloedt dit het klikgedrag van een gebruiker en dus het aantal bezoekers vanuit de zoekmachine. Een goede beschrijving mag niet langer zijn dan 150 karakters. Laat de belangrijkste 2 zoektermen terugkomen en verwerk deze in een goed leesbare en pakkende tekst. Geef dus geen opsomming van enkel zoektermen!!! Ook voor het kiezen van de juiste zoektermen voor de korte omschrijving kan je als hulpmiddel weer de zoektermen suggestie tool gebruiken.
• Meta keyword tag. Bij je site heb je de mogelijkheid om zoektermen op te geven. Deze zoektermen worden gebruikt door sommige zoekmachines om te bepalen waar je pagina over gaat. Google kijkt hier echter niet meer naar maar voor sommige zoekmachines kan het nog zinvol zijn dit veld in te vullen. Deze zoektermen zijn niet terug te vinden op je site zelf maar zijn alleen zichtbaar achter de schermen van je pagina. Gebruik maximaal 20 relevante zoektermen. Dus in het geval van Centre Ceramique gebruik je termen als “bibliotheek, tentoonstelling, expositie, Maastricht, catalogus, etc.
3. Linkbuilding
Wat ook een positief lange termijn effect kan hebben op je positie in Google is het verkrijgen van links bij externe websites. Let hierbij voornamelijk op dat een link vanaf een site over een vergelijkbaar onderwerp weegt zwaarder dan een link vanaf een willekeurige andere site. Bij het opbouwen van links is het daarom zeer belangrijk dat dit gebeurt vanaf relevante sites over een vergelijkbaar onderwerp. Bijvoorbeeld bibliotheken die naar elkaar doorverwijzen of doorlinken naar bibliotheek.nl.
Door iedere bovenstaande eigenschap zo optimaal mogelijk aan de zoekmachine te presenteren wordt de kans op het behalen van een goede positie en meer bezoek positief beïnvloed. Meer informatie is te vinden op 'Beginnershandleiding voor zoekmachineoptimalisatie (SEO) van Google' [pdf] en SEO Guru. Maar wil je echt scoren met SEO dan moet je toch de hulp inroepen van een echte deskundige. Maar goed dit laatste kost waarschijnlijk ook veel ping ping :-).
Virtueel zelfmoord plegen
Een berichtje wat ik zojuist lees in de nieuwsbrief van NBD/Biblion 'Meer met Media' wil ik jullie toch niet onthouden. Al vraag ik me even af of ik dit aan het begin van de cursus 23dingen moet vermelden :-)
Iedereen die genoeg heeft van al dat getwitter en gedoe op sociale netwerken kan er nu in een keer van af via de Web 2.0 Suicide Machine. Hiermee kun je jezelf in een keer ontdoen van al die 'energie vretende' internetvrienden en relaties op Facebook, Twitter, Myspace en Linkedin. Een filmpje laat zien hoe dit radicale ontvrienden in zijn werk gaat, je ziet je e-vrienden een voor een verdwijnen. Op de site staat ook een overzicht van alle e-zelfmoordenaars die je voorgingen, met hun eventuele afscheidswoorden. En.... net als in het echte leven, is het onherroepelijk. Zie ook onderstaande video van de NOS.
Iedereen die genoeg heeft van al dat getwitter en gedoe op sociale netwerken kan er nu in een keer van af via de Web 2.0 Suicide Machine. Hiermee kun je jezelf in een keer ontdoen van al die 'energie vretende' internetvrienden en relaties op Facebook, Twitter, Myspace en Linkedin. Een filmpje laat zien hoe dit radicale ontvrienden in zijn werk gaat, je ziet je e-vrienden een voor een verdwijnen. Op de site staat ook een overzicht van alle e-zelfmoordenaars die je voorgingen, met hun eventuele afscheidswoorden. En.... net als in het echte leven, is het onherroepelijk. Zie ook onderstaande video van de NOS.
vrijdag 19 maart 2010
Mijn blog verder pimpen
Vandaag mijn blog hier en daar nog wat aangepast. Zo openen alle links zich nu in een nieuw venster. Hoe krijg je dit voor elkaar? De oplossing vind je hier. Om de code in de header te plakken ga je naar 'aanpassen' en daarna klik je op 'indeling'. Dan kiezen voor 'html bewerken'. Je ziet dan de html code zoals je blog is opgebouwd. Dit zal overigens niet voor iedereen even gemakkelijk zijn en er zit ook wel enig risico in als je het verkeerd doet. Dus pas op! of maak een kopie van je blog voordat je dit doet. Persoonlijk vind ik het plezieriger als mijn bezoekers op deze manier nooit mijn blog uit het oog verliezen. Maar goed misschien worden ze nu ook wel 'gek' van de nieuwe vensters. De oplossing heb ik overigens gevonden via de help functie (rechtsboven in je blog). Reuze handig als je tegen een probleem aanloopt of meer over de mogelijkheden van blogger.com wilt weten. Dus voordat je je coach vraagt.... ;-)
Verder een gadget toegevoegd genaamd videobalk. Video's van YouTube en Google Video worden toegevoegd. Je kunt een aantal zoektermen opgeven. Zelf heb ik gekozen voor 'bibliotheek, library, web 2.0'.
Ook toegevoegd een lijst met links van bibliotheeksites waarvan ik vind dat zij een voorbeeld zijn voor bibliotheken die hun website en dienstverlening web 2.0 willen maken. Hebben jullie aanvullingen dan houd ik mij aanbevolen.
En last but not least mijn twitter toegevoegd.
Verder een gadget toegevoegd genaamd videobalk. Video's van YouTube en Google Video worden toegevoegd. Je kunt een aantal zoektermen opgeven. Zelf heb ik gekozen voor 'bibliotheek, library, web 2.0'.
Ook toegevoegd een lijst met links van bibliotheeksites waarvan ik vind dat zij een voorbeeld zijn voor bibliotheken die hun website en dienstverlening web 2.0 willen maken. Hebben jullie aanvullingen dan houd ik mij aanbevolen.
En last but not least mijn twitter toegevoegd.
donderdag 18 maart 2010
Draft blogger
Ik las op de blog van Edwin over draft blogger waar je je blog veel beter kunt pimpen en niet afhankelijk bent van de sjablonen van blogger. Ziet er leuk uit en heb er al dankbaar gebruik van gemaakt. Veel meer mogelijkheden. Voor de artiesten onder ons een echte aanrader denk ik. Je kunt je blog op deze manier veel beter personaliseren.
Zie ook het onderstaande informatieve filmpje over het inrichten van je blog.
Zie ook het onderstaande informatieve filmpje over het inrichten van je blog.
Google adds
Gisteren mijn google adds account ook maar geplaatst op mijn blogsite. Eens kijken of ik nog geld kan verdienen met de cursus 23dingen. Als jullie nu nog wat op de google advertenties klikken dan gaat dat lukken ;-)
woensdag 17 maart 2010
Mijn eerste pupillen
zondag 14 maart 2010
RSS vervolg - Zelf maken van RSS Feeds
Vandaag maar eens geexperimenteerd met het gratis programma RSS Builder. Ik had het programma al wat langer op het oog en de link om het te downloaden bij mijn favorieten geplaatst. Helaas werkte de link niet meer en met Google gezocht naar een nieuwe download. Snel gevonden natuurlijk maar het installeren was in eerste instantie een probleem. Ik kreeg de foutmelding dat mijn systeembeheerder mij geen rechten gaf om het programma te installeren. Vreemd ik ben toch de enige systeembeheerder van mijn pc :-). Wat gerommeld met mijn instellingen en mijn Norton virusscan maar geen resultaat. Ook het probleem eens gegoogled. Inderdaad meerdere mensen hadden dit probleem maar echte oplossingen kwam ik niet tegen in de diverse internetforums. Het probleem is natuurlijk dat iedereen maar wat gist en schrijft. De echte oplossing zal er vast wel tussen gezeten hebben maar ik had even het geduld niet :-) en besloot om naar een andere download van RSS Builder te zoeken en ook die had ik snel gevonden. Met deze had ik meer succes. Nu nog wat instellingen aanpassen en daarna was het inderdaad een fluitje van een cent om een rss feed te maken van mijn homepage. De feed maar meteen toegevoegd aan mijn abonnementen in de Google Reader. En ook dat werkt. Ik heb nog één probleempje. In Internet Explorer 8 staat in de werkbalk een icoontje van RSS. Surf je naar de Volkskrant dan licht dit icoontje op en als je er op klikt dan zie je de feeds van de Volkskrant. Bij mijn homepage is dat niet het geval. Iemand enig idee hoe dat komt?
donderdag 11 maart 2010
Mijn ervaringen met rss
Ik maak al heel wat jaren gebruik van rss feeds, zoals bijvoorbeeld de feeds van vob site, literatuurplein en de Volkskrant. Gewoon handig omdat je dan niet allerlei sites hoeft af te lopen of zoals de titel van ding 4 al zegt 'Maak je leven eenvoudiger met RSS'. M.a.w. een geweldige manier om geattendeerd te worden op nieuwe zaken die je interesseren. Een must voor iedere kenniswerker. Ik gebruik de googlereader om de rss feeds te volgen. Wellicht dat er handigere rss readers zijn maar ik heb er geen zin in om allerlei software te gebruiken en google is wel vertrouwd. Ook omdat ik graag werk met i-google waar ik de reader mooi als gadget kan neerzetten (al zal er ook vast wel gadgets zijn van andere rss readers zoals netvibes). Ik heb nu eenmaal ooit die keuze gemaakt en tsja een mens heeft zijn houvast nodig :-).
De rss feeds die ik volg kom ik tegen op de sites die ik interessant vind. Herkenbaar aan het icoontje. Ik ga er dus eigenlijk niet actief naar op zoek. Een site die ik regelmatig bezoek en rss feeds aanbiedt ga ik al snel volgen via mijn rss reader. De valkuil, vind ik, is dat je teveel feeds wilt volgen. Ik betrap me er dan ook op dat ik na verloop van tijd ook weer wat rss feeds eruit flikker. Dat is natuurlijk ook geen probleem, bij goed collectioneren hoort namelijk ook goed saneren.
Nog meer voordelen van RSS
Sinds ik twitter (twitter.com/bartwatching) gebruik ik rss feeds ook om automatisch twitter berichten aan te maken. Hier heb je een handig programmaatje voor twitterfeed.com. Hier kun je rss feeds (bijvoorbeeld van je blog) plaatsen en die worden dan automatisch doorgestuurd naar je twitter account. Zo tweet ik bijvoorbeeld fanatiek artikelen van de site Frankwatching.nl. Ik geef toe dat dit een luie manier van twitteren is. Al lees ik de meeste artikelen van Frankwatching wel.
RSS voor Centre Ceramique?
Eigenlijk vind ik deze luie manier van twitteren niet echt bedoeld voor individuele personen maar wel uitstekend geschikt voor organisaties. Bovenstaande truc heb ik namelijk ook toegepast voor de twitter van Centre Ceramique (www.twitter.com/centreceramique). Centre Ceramique twittert o.a. rss feeds van Literatuurplein (we blijven toch een bibliotheek). We hebben nog geen rss feeds geinstalleerd voor onze site. Ik denk wel dat we hier snel toe moeten overgaan want ondanks dat rss misschien niet veel gebruikt wordt is het toch een manier om klanten te attenderen. Via een handig programmaatje als page2rss.com kun je toch rss feeds van iedere webpagina maken. Op dit moment doe ik dit al voor de site van Centre Ceramique en stuur deze rss feeds met behulp van twitterfeed.com door naar ons twitteraccount. Zo lijkt het net dat we als organisatie actief twitteren maar eigenlijk sturen we gewoon automatisch rss feeds door naar ons twitteraccount. Dit noem ik nou efficient werken. Op onze site wordt wat veranderd en dit wordt dan automatisch doorgestuurd. Zo bereiken we met rss niet alleen de mensen die zich abonneren op onze rss feeds maar ook de mensen die ons via twitter volgen. In de toekomst, na deze 23 dingen, denk ik dat we ook een aantal blogs moeten ontwikkelen op het gebied van literatuur, digitale informatie, mediawijsheid en Limburgensia. De blogs dienen geschreven te worden door collega's die hier binnen onze organisatie de specialisten zijn. De rss feeds van deze blogs worden dan weer doorgestuurd naar ons twitter account.
Conclusie
RSS is een handige manier om geattendeerd te worden. Niet alleen voor de bibliotheekmedewerker maar ook voor onze klanten. RSS is bovendien te koppelen aan andere web 2.0 toepassingen zoals Twitter. Zo vang je 2 (of meer?) vliegen in 1 klap.
De rss feeds die ik volg kom ik tegen op de sites die ik interessant vind. Herkenbaar aan het icoontje. Ik ga er dus eigenlijk niet actief naar op zoek. Een site die ik regelmatig bezoek en rss feeds aanbiedt ga ik al snel volgen via mijn rss reader. De valkuil, vind ik, is dat je teveel feeds wilt volgen. Ik betrap me er dan ook op dat ik na verloop van tijd ook weer wat rss feeds eruit flikker. Dat is natuurlijk ook geen probleem, bij goed collectioneren hoort namelijk ook goed saneren.
Nog meer voordelen van RSS
Sinds ik twitter (twitter.com/bartwatching) gebruik ik rss feeds ook om automatisch twitter berichten aan te maken. Hier heb je een handig programmaatje voor twitterfeed.com. Hier kun je rss feeds (bijvoorbeeld van je blog) plaatsen en die worden dan automatisch doorgestuurd naar je twitter account. Zo tweet ik bijvoorbeeld fanatiek artikelen van de site Frankwatching.nl. Ik geef toe dat dit een luie manier van twitteren is. Al lees ik de meeste artikelen van Frankwatching wel.
RSS voor Centre Ceramique?
Eigenlijk vind ik deze luie manier van twitteren niet echt bedoeld voor individuele personen maar wel uitstekend geschikt voor organisaties. Bovenstaande truc heb ik namelijk ook toegepast voor de twitter van Centre Ceramique (www.twitter.com/centreceramique). Centre Ceramique twittert o.a. rss feeds van Literatuurplein (we blijven toch een bibliotheek). We hebben nog geen rss feeds geinstalleerd voor onze site. Ik denk wel dat we hier snel toe moeten overgaan want ondanks dat rss misschien niet veel gebruikt wordt is het toch een manier om klanten te attenderen. Via een handig programmaatje als page2rss.com kun je toch rss feeds van iedere webpagina maken. Op dit moment doe ik dit al voor de site van Centre Ceramique en stuur deze rss feeds met behulp van twitterfeed.com door naar ons twitteraccount. Zo lijkt het net dat we als organisatie actief twitteren maar eigenlijk sturen we gewoon automatisch rss feeds door naar ons twitteraccount. Dit noem ik nou efficient werken. Op onze site wordt wat veranderd en dit wordt dan automatisch doorgestuurd. Zo bereiken we met rss niet alleen de mensen die zich abonneren op onze rss feeds maar ook de mensen die ons via twitter volgen. In de toekomst, na deze 23 dingen, denk ik dat we ook een aantal blogs moeten ontwikkelen op het gebied van literatuur, digitale informatie, mediawijsheid en Limburgensia. De blogs dienen geschreven te worden door collega's die hier binnen onze organisatie de specialisten zijn. De rss feeds van deze blogs worden dan weer doorgestuurd naar ons twitter account.
Conclusie
RSS is een handige manier om geattendeerd te worden. Niet alleen voor de bibliotheekmedewerker maar ook voor onze klanten. RSS is bovendien te koppelen aan andere web 2.0 toepassingen zoals Twitter. Zo vang je 2 (of meer?) vliegen in 1 klap.
woensdag 3 maart 2010
Eerste blog
Ik zag dat ik in oktober 2007 al een bloggeraccount had aangemaakt :-) maar er nooit wat mee gedaan. Ik heb ook niet echt de illusie dat ik een actief blogger wordt. Want wat heb ik nu te melden? Alhoewel niet tebescheiden ;-) wellicht ga ik mijn reisverhalen bloggen,al leest het dievengilde misschien ook wel mee.
Zakelijk zouden we blogs natuurlijk kunnen integreren op de site van centre Ceramique en gaan bloggen over mediawijsheid, literatuur en actualiteiten etc. Een voorbeeld hiervan vind je op de nieuwe site van Bibliotheek Midden-Brabant (http://www.bibliotheekmb.nl/)
Zakelijk zouden we blogs natuurlijk kunnen integreren op de site van centre Ceramique en gaan bloggen over mediawijsheid, literatuur en actualiteiten etc. Een voorbeeld hiervan vind je op de nieuwe site van Bibliotheek Midden-Brabant (http://www.bibliotheekmb.nl/)
Abonneren op:
Posts (Atom)